Missie van de Theosophical Society (Adyar)
Het dienen van de mensheid door het ontwikkelen van een zich steeds verdiepend inzicht in, en verwerkelijking van de tijdloze wijsheid, spirituele zelf-realisatie en de eenheid van alle leven.
The first necessity for obtaining self-knowledge is to become profoundly conscious of ignorance; to feel with every fiber of the heart that one is ceaselessly self-deceived. The second requisite is the still deeper conviction that such knowledge - such intuitive and certain knowledge - can be obtained by effort. The third and most important is an indomitable determination to obtain and face that knowledge. Self-knowledge of this kind is unattainable by what men usually call "self-analysis." It is not reached by reasoning or any brain process; for it is the awakening to consciousness of the Divine nature of man. To obtain this knowledge is a greater achievement than to command the elements or to know the future.
Collected Writings VIII, p. 108 (authorship uncertain, presumably H.P. Blavatsky)
Leven voor het welzijn van de mensheid is de eerste stap. De zes verheven deugden in praktijk brengen is de tweede.
De stem van de stilte, De twee paden, isbn 90-70328-54-2
Niet alle mensen kunnen occultist zijn, maar wel kunnen ze allemaal theosoof zijn. Velen, die nooit van de Society hebben gehoord, zijn theosoof zonder dit zelf te weten; want het wezen van de theosofie is het volkomen in harmonie brengen van het goddelijke met het menselijke in de mens, het aanpassen van zijn aspiraties aan zijn goddelijke eigenschappen en hun heerschappij over de aardse of dierlijke hartstochten in hem. Vriendelijkheid, de afwezigheid van alle vijandige gevoelens of zelfzucht, menslievendheid, een goede gezindheid jegens alle wezens en volkomen rechtvaardigheid tegenover anderen zowel als zichzelf, zijnde voornaamste kenmerken daarvan. Hij die theosofie onderwijst, predikt het evangelie van de welwillendheid; en het omgekeerde is ook waar – hij die het evangelie van de welwillendheid predikt, onderwijst theosofie.
Amerikaanse Conventies 1888-1891 - p 18-9